Meloen 'Charentais'
Cucumis melo
De Charentais of Cavaillon meloen behoort tot de Cantaloupe-meloenen en is één van de bekendste en meest geliefde meloenen die bij ons verkrijgbaar zijn.
De naam is afgeleid van Cantalupo, een gehuchtje in de buurt van Rome, waar deze meloenen in de tuin van de Paus werden geteeld. Nu worden ze voornamelijk geteeld in Frankrijk en Spanje.
De heerlijke, iets afgeplatte, ronde vruchten zijn aan de buitenkant verdeeld in segmenten of bedekt met wratachtige knobbels. Het oranje vruchtvlees is sappig en heel aromatisch.
In Nederland werd de meloen reeds rond 1900 onder platglas geteeld, maar na 1940 werd staand glas (kassen) steeds meer gebruikt. De teelt gebeurt vlakvelds of aan touwen. Voor de bestuiving zijn bijen of hommels noodzakelijk.
Klik hier voor meer info over geënte planten!
PLANTEN
Jan
Feb
Ma
Apr
Mei
Jun
Jul
Aug
Sep
Okt
Nov
Dec
OOGSTEN
Jan
Feb
Ma
Apr
Mei
Jun
Jul
Aug
Sep
Okt
Nov
Dec
Meer informatie
Teelttips
Problemen en ziektes
Meloenen komen het best tot hun recht in een kas of eventueel een plastic tunnel. Plantafstand: 75 x 100.
De mannelijke bloemen zitten in de oksels tegen de hoofdscheut, de vrouwelijke op de zijranken. Insecten zorgen voor de bestuiving of u brengt manueel wat stuifmeel van de mannelijke bloemen aan op de stamper van de vrouwelijke.
De zijscheuten top je op 3 tot 4 bladeren.
Opgelet: zware vruchten kunnen best wat ondersteuning gebruiken.
Je ruikt het letterlijk wanneer de meloenen rijp zijn.
Niet te zwaar bemesten, liefst wat bijmesten net voor de bloei. Meloenen voelen zich beter in een lichte grond dan in een zware.
Meloenplanten zijn net zoals de komkommerachtigen zeer gevoelig voor koude. Het ideale tijdstip om te planten is vanaf 15 mei. Watergift met koud water is te vermijden.
Wanneer de bodemtemperatuur te laag is, krijgt men al gauw met wortelproblemen te maken (pythium). Let op: ook in hobbyserres moet je de bodemtemperatuur in het oog houden!